Na de Japanse aanval op Pearl Harbour (7 december 1941), naderde de oorlog in het begin van 1942 ook Nederlands-Indië. Om Nederlands-Indië goed te kunnen verdedigen was door de Geallieerden een zogenaamde Combined Striking Force gevormd, bestaande uit Nederlandse, Britse- Australische en Amerikaanse schepen. Commandant was de Nederlandse Schout bij Nacht Karel W.F.M. Doorman. Een van de Nederlandse schepen was de kruiser de Java.

Hendrik Stremming

Aan boord van de Java was Hendrik Stremming, zoon van Johannes Wilhelm Stremming en Bregitte Elisabeth Kan. Hij werd op 28 augustus 1917 in Bloemendaal geboren. Hij ging in 1936 naar Rotterdam en kreeg daar zijn basisopleiding als marinier. Op 12 februari 1937 vertrok hij naar Den Helder voor een vervolgopleiding. Op 10 december van datzelfde jaar vertrok hij naar Soerabaja, de thuishaven van de Nederlandse vloot in Indië.

De Java.

Op 27 februari 1942 werd rond kwart over vier ’s middags werd het eerste contact gemaakt met de Japanse vloot en het artillerieduel dat ontstond betekende het begin van de Slag in de Javazee. Rond twaalf uur ‘s nachts deden de Japanners een torpedo aanval en werden binnen een paar minuten zowel de Hr.Ms Java als de Hr.Ms. de Ruyter geraakt. De Java werd door de torpedo in het achterschip getroffen, waardoor de achterste munitiebergplaats explodeerde. Het schip brak doormidden en zonk vrijwel onmiddellijk.

Een ooggetuigenverslag van Kapitein-ter-zee J. Beckering Vinckers (een van de zeer weinige overlevenden): “Als eerste officier van Harer Majesteits Java zat ik tegen middernacht op mijn alarmpost in de dekdienst centrale. We luisterden naar het lawaai van het geschut. Er werd veel en snel door onze Java geschoten. Plotseling een zware dreun. Iemand zei: ‘Die is raak!’ Er kwam geen melding van averij, maar we merkten dat het schip snel slagzij kreeg. Ik ben toen naar dek gegaan om te kijken. Het bleek dat we door één of meer torpedo’s getroffen waren en dat het achterschip was afgebroken. De commandant, kapitein-ter-zee Van Straelen had reeds order gegeven het schip te verlaten. Toen de helling zo groot werd dat wij ons niet goed staande konden houden, zei de commandant: ‘Laten we ook van boord gaan.’ We gingen langs de hoge kant te water en begonnen te zwemmen. Even daarna zagen we in de maneschijn onze goede oude Java met de boeg omhoog in de golven verdwijnen. Het was een aangrijpend ogenblik. Met mij juichten de mensen om me heen haar nog voor het laatst toe. Aan de horizon zagen we een brandend schip drijven. We dachten eerst dat het een Jap was die we geraakt hadden. Het was geen Jap, het was het vlaggeschip, Harer Majesteits De Ruyter, die met ons ten onder ging.”

Hendrik ging, zoals zijn moeder het weergaf in de overlijdensadvertentie, ‘met de Java ten onder’.

De enige overgebleven Geallieerde kruisers, HMAS Perth en de USS Houston gaven de strijd op en gingen op weg naar Tandjong Priok, de haven van Batavia. De wanhoopspoging van de Combined Striking Force was mislukt. Voor de Japanners lag de weg naar Java open. Op 8 maart 1942 gaf het Nederlandse Leger zich over.